Dag 1 t/m 4 - 22-07-2017 tm 25-07-2017

Dag 1 t/m 4 – 22-07-2017 – 25-07-2017

Na wat stress vanwege de bankproblemen vertrekken wij vanaf Schiphol op de juiste tijd voor een vlucht van 12 uur naar Kuala Lumpur. We vliegen KLM en de beenruimte is goed. In Kuala Lumpur hebben wij een tussentijd van 2 uur en dan vertrekken wij naar Kuching. Deze vlucht is 1 ¾ uur. Op Borneo is het 6 uur later. Nog even iets kleins eten en dan gauw naar bed, want de volgende dag vertrekken wij naar Bako National Park. De koffers blijven achter in het hotel en met alleen het hoognodige in een rugzak gaan wij aan boord van een bootje. Het is ongeveer een half uur varen. De accommodatie is simpel, maar netjes. Deze dag gaan we de Linfang trekking doen, deze is 5 ½ km. Dit klinkt op zich als appeltje eitje, maar helaas heel veel klimwerk en de temperatuur en de hoge luchtvochtigheid is het ergst. We verliezen liters vocht. Het zwaarst is nog de rugzak met ons water. De natuur is prachtig, maar door het vele klimmen en de hoge wortels waar je overheen moet klimmen, moet je heel erg goed opletten waar je je voeten neerzet. Terug bij onze kamers zijn we toch wel trots dat het allemaal is gelukt. Zelfs de beste wandelaars vonden dit een pittige tocht. Op ons kamp zitten de neusapen. Ze zijn echt heel bijzonder om te zien. We kunnen best dichtbij komen en ze vluchten niet snel weg. Ook lopen hier baardvarkens rond. Ze gaan s’avonds naar het strand en wroeten dan met hun snuit in het zand en graven zo de krabbetjes op die zich ingegraven hebben. Een heerlijk tussendoortje. Je hoort de krabbetjes kraken als ze worden opgepeuzeld. Het water van de zee is lauwwarm, maar heerlijk om even te relaxen. De maaltijden in het restaurant kunnen ook op de veranda worden genuttigd. Dit is voor onze groep,die nog niet zo ervaren is een behoorlijke uitdaging. We waren al gewaarschuwd door onze gids, maar ja in het echt is het toch altijd anders. De makaken (apen) weten precies hoe laat de maaltijd op tafel komt en zijn zeer goed georganiseerd en razend snel. Dus je zit naar een aap te kijken, die op het randje van de ballustrade zit (afleiding) en van achteraf wordt de actie ingezet en vliegt er een aap over tafel en jat mee waar hij trek in heeft. Ok het is best hilarisch om dit mee te maken, maar we gaan toch ons bord maar verdedigen. We slapen met een ander stel op de kamer. Dat is verzelfsprekend even wennen, maar iedere slaapt goed en er wordt niet gesnurkt. Dat is op zich al een wonder. De volgende dag gaan wij lopen naar de waterval en dit is de Tajor trekking. We beginnen weer met een enorme klimpartij en dan volgt er een vlak stuk. De afdaling naar de waterval bestaat weer enkel uit hoge wortels, waarover heen je flink moet klimmen. De waterval op zich is een piezemieterig watervalletje, maar de wandeling ernaar toe is prachtig. Hier kun je ook lekker even badderen en verkoeling zoeken na het vele zweten. Vanaf daar lopen wij naar het strand en hier worden wij opgehaald met een bootje, die ons vervoert naar een ander strand waar wij de lunch kunnen gebruiken. Hier stikt het van de heremietkreeftjes, die zich een prachtige schelp als huis hebben aangemeten. Tenslotte lopen wij vanaf het strand nog de Tg. Sapi trekking terug naar ons onderkomen. Zo dat hebben we hem maar weer mooi geflikt. Even lekker koud douchen en dan op naar de bar voor een ‘tijger biertje’ en oh wat smaakt dat lekker. Deze nacht is iedereen echt doodop en start er een orkest van snurkers. En ik heb niet gesnurkt vertelt de vrouw van het andere stel.